Vrouwen hebben aanzienlijk meer kans om de ziekte van Alzheimer te ontwikkelen dan mannen – ongeveer twee keer zo vaak, zelfs als rekening wordt gehouden met het natuurlijke levensduurverschil tussen de seksen. Hoewel de exacte redenen voor deze ongelijkheid een raadsel blijven, werpt nieuw onderzoek licht op een cruciale potentiële factor: stress.
Een recent onderzoek bij muizen biedt intrigerende inzichten in hoe mannelijke en vrouwelijke hersenen verschillend reageren op stressvolle situaties op cellulair niveau. De onderzoekers concentreerden zich op amyloïde bèta, een eiwit dat nauw verbonden is met de ontwikkeling van Alzheimer. Ze volgden de niveaus van dit eiwit in zowel mannelijke als vrouwelijke muizen gedurende een periode van 22 uur, beginnend acht uur voordat ze opzettelijk stress bij de dieren veroorzaakten.
Interessant is dat vrouwelijke muizen, ondanks het ervaren van vergelijkbare stressniveaus, binnen slechts twee uur na de stressvolle gebeurtenis een dramatische toename van amyloïde bèta vertoonden. Deze verhoogde niveaus bleven gedurende de hele observatieperiode bestaan. Mannelijke muizen vertoonden daarentegen grotendeels geen verandering in hun amyloïde bèta-niveaus (waarbij een kleine minderheid een vertraagde en minimale stijging vertoonde).
Dit grote verschil wijst op een fundamenteel biologisch onderscheid tussen geslachten als het gaat om het beheersen van stress op cellulair niveau – een bevinding die wordt bevestigd door verder onderzoek dat aangeeft dat deze ongelijkheid voortkomt uit een specifiek stressreactiepad in hersencellen. Vrouwelijke knaagdieren bezitten neuronen die zijn ontworpen om het stresshormoon te absorberen dat verband houdt met verhoogde amyloïde bètaniveaus, terwijl mannelijke knaagdieren deze neuronen missen en dus niet dezelfde hormonale golf ervaren.
“Er is een fundamenteel biologisch verschil tussen mannen en vrouwen in de manier waarop ze reageren op stress op cellulair niveau”, legt dr. John Cirrito, hoofdauteur van de studie en universitair hoofddocent neurologie, uit, waarbij hij benadrukt dat “dit cellulaire verschil aanzienlijk zou kunnen bijdragen aan de goed gedocumenteerde sekseverschillen bij de ziekte van Alzheimer.”
Hoewel dit onderzoek gebruik maakte van diermodellen, sluit het aan bij de bestaande kennis over de diepgaande impact van stress op de menselijke gezondheid. Het is bekend dat chronische stress het immuunsysteem verzwakt, de biologische veroudering versnelt en het risico op een reeks aandoeningen vergroot. Als we begrijpen hoe gender deze stressreactie kan beïnvloeden, worden nieuwe wegen geopend voor het verkennen van op maat gemaakte preventiestrategieën en behandelingen voor de ziekte van Alzheimer, vooral onder vrouwen die kwetsbaarder lijken.
Hoewel meerdere factoren bijdragen aan het risico op Alzheimer, waaronder hormonen, levensstijlkeuzes en andere gezondheidsproblemen, benadrukt deze studie het belang van het aanpakken van stressmanagement als een cruciale stap in het beperken van potentiële risico’s, vooral voor vrouwen.


































